Een sensorbehuizing met meerdere aanraaksensoren. Er zijn modellen met twee of vier sensoren, ook kunnen de sensoren verschillen. Er is een 'dichte' versie waardoor het (rode) controlelampje zichtbaar is door een diffusor, en een 'open' versie waarbij het gehele contactgebied oplicht. Deze kan worden uitgerust met in verschillende kleuren (rood, groen, blauw, geel of 'rainbow') oplichtende sensorvlakken.
Daarnaast zijn er versies met fischertechnik aansluitingen en een voedingsspanning en uitgangsniveau van 9 volt, en versies die met driepolige Dupont kabels kunnen worden aangesloten. De aansluitzijde van beide versies is hieronder schematisch weergegeven.
De solide lijnen geven schematisch de aansluitingen van de versie met twee sensoren. De gestippelde lijnen geven de versie met vier ingebouwde sensoren weer.
De signaalniveaus van de uitgangen volgen de negatieve logica. Hierdoor is het uitgangssignaal zonder detectie nagenoeg de voedingsspanning. Dit niveau zakt naar nul volt bij aanraking van de sensor.
De versie die met de fischertechnik stekkers kan worden aangesloten, dient te worden gevoed met voedingsspanning van 9 volt. De uitgangsniveaus zijn hier ook ongeveer 9 volt. De versie met de Dupont-stekkers wordt met 5 volt gevoed en heeft een overeenkomstig uitgangsniveau.
De deksel kan worden verwijderd. Hierdoor worden binnenin de behuizing, de 'Toggle'-jumpers bereikbaar. Met een geplaatste jumper gedraagt de betreffende sensor zich als tuimelschakelaar (aan/uit). Door het verwijderen van de jumper kan dit gedrag worden de sensor een impulsdrukknop.